Terug naar alle onderzoeken
Integreren van kritisch Internetgebruik in de onderbouw van het VWO
Docenten als ontwerpers en uitvoerders.
In dit onderzoek worden drie samenhangende studies uitgevoerd, gericht op hoe binnen het huidige VO leren van complexe vaardigheden als het beoordelen en selecteren van informatie op Internet kan worden bewerkstelligd. In de studies staat de rol van de docenten bij het ontwerp van een lessencyclus en de implementatie ervan alsmede het effect van de lessencyclus op de vaardigheden van de leerlingen centraal.
Informatievaardigheden zijn belangrijk voor leerlingen (op school en voor hun toekomst). De meeste leerlingen missen de vaardigheden en instructie in deze vaardigheden is noodzakelijk. Daarnaast is het voor docenten niet altijd duidelijk hoe ze het niveau van informatievaardigheden van hun leerlingen kunnen vaststellen.
Wat lijkt te ontbreken is een instrument om informatievaardigheden te meten, dat de snelle en grootschalige dataverzameling van een enquête met het nauwkeurig beeld van observatie of think aloud combineert, dat kan worden gebruikt in een educatieve omgeving door leraren. In het onderzoek is een dergelijk instrument ontwikkeld (Digitale Informatievaardigheden Meting; DIM). Vervolgens zijn in het onderzoek in 3 docent-ontwerpteams lessen ontworpen. Vervolgens zijn de effecten van de lessen op informatievaardigheden van leerlingen in de onderbouw van het VWO onderzocht.
Het doel van het voorgestelde onderzoek is vierledig:
- achterhalen hoe het ontwerp en implementatie proces van docenten met voldoende vaardigheden er uit ziet
- achterhalen hoe het ontwerp- en implementatieproces van docenten met weinig vaardigheden er uit ziet, en welke ondersteuning zij nodig hebben
- achterhalen wat het effect van de ontworpen en geïmplementeerde lessen is op de informatievaardigheden van leerlingen
- ontwikkelen van een instrument voor het meten van informatievaardigheden dat docenten zelf kunnen toepassen om de mate van beheersing van informatievaardigheden van zichzelf en hun leerlingen te meten.
Vraagstelling
De onderzoeksvragen die in dit onderzoek centraal staan, zijn:
- Wat is het niveau van informatievaardigheden en didactische ICT vaardigheden van docenten uit de onderbouw van het VWO?
- Hoe ontwerpen en implementeren docententeams een lessenserie voor het aanleren van informatievaardigheden?
- Wat is het effect van dit ontwerp- en implementatieproces op het niveau van informatievaardigheden en didactische ICT vaardigheden van docenten?
- Wat is het effect van de door docenten ontworpen en geïmplementeerde lessenserie op de informatievaardigheden van leerlingen uit de onderbouw van het VWO?
- Op welke manier kunnen docenten met minder goede informatievaardigheden ondersteund worden tijdens het ontwerpproces en wat is het effect van deze ondersteuning op docenten en leerlingen?
Conclusie
Uit de resultaten blijkt dat het werken in ontwerpteams een positief effect heeft op de kennis over didactiek van informatievaardigheden. Na afloop van het ontwerptraject, hebben docenten meer vertrouwen dat zij hun leerlingen informatievaardiger kunnen maken. Tevens geven alle teams aan dat het werken in een team een positieve ervaring is, en dat het product beter is geworden dan wanneer ze alleen hadden gewerkt. Ondanks de zoveel mogelijke gelijke manier van werken (de rol van de docenten en de onderzoeker is zoveel mogelijk gelijk gehouden in elk team) ontstonden duidelijke verschillen. Uit de drie teams blijkt duidelijk dat dezelfde aanpak niet voor elk team werkt. Geconcludeerd is dat teamkenmerken en duidelijkheid over de ambitie vanaf de start het proces beïnvloeden. Opvallend is dat alle teams uiteindelijk een project naast de methode hebben ontworpen. De insteek was om juist een project te ontwerpen wat in plaats van de methode zou komen. Geen van de teams voelde de noodzaak hiervoor.
Het laten beklijven van de opgedane kennis bij leerlingen is iets waarvan alle teams zich af vragen of dit nu bereikt is. En hoewel uit de resultaten een positief effect (gebruik van meer criteria) blijkt, moet tegelijkertijd worden vast gesteld dat het effect kortdurend zou kunnen zijn. De lessen zelf zijn nog erg klassikaal, en dwingen leerlingen tot invullen van tools en logboeken. Van eigen inbreng, of kennisconstructie door leerlingen is niet echt sprake. Wat van groot belang is bij informatievaardigheden is kennis hebben over zoeken op internet, weten welke criteria er zijn, en die kunnen toepassen. In het onderzoek is gekeken naar de inhoud van leerlingevaluaties. Dit is het ook het aspect dat de docenten wilden verbeteren met hun lessen. Het blijkt dat leerlingen gebruik maken van meer verschillende criteria na afloop van de interventie.
Of betere informatievaardigheden van leerlingen ook leiden tot betere (onderwijs)producten van leerlingen is niet duidelijk.
In het rapport worden de volgende conclusies getrokken:
- het integreren van informatievaardigheden voor de docenten is nog een brug te ver
- de ontwerptrajecten hebben mogelijk wel inzicht gegeven in de mogelijkheden tot integreren van informatievaardigheden en docenten daarmee benodigde kennis opdoen
- docenten zijn positief over deze ontwerptrajecten
- leerlingen maken na de interventie van meer en verschillende evaluatiecriteria gebruik
- leerlingen maken na afloop van de interventie vaker gebruik van inhoudelijke criteria
- de lessen lijken het gewenste effect te hebben (gebruik van meer inhoudelijke criteria), maar het is niet zeker of deze effecten op langere termijn zichtbaar blijven.